Sinds 1 juli 2023 zijn er belangrijke wijzigingen doorgevoerd in de regelgeving rondom privé-pensioenopbouw. Deze aanpassingen maken het eenvoudiger om te berekenen welk bedrag iemand belastingvrij apart kan zetten voor het eigen pensioen. De wetswijziging richt zich vooral op mensen die geen of weinig bedrijfspensioen opbouwen, zoals zelfstandigen zonder personeel (ZZP’ers), directeur-grootaandeelhouders (DGA’s), en werknemers met een beperkte pensioenregeling. Deze veranderingen maken het mogelijk om grotere bedragen te reserveren voor privé-pensioen. Wij zien dat er steeds meer gebruik wordt gemaakt van deze mogelijkheid.

Eenvoudige berekening van jaarruimte

Voortaan mag iemand jaarlijks 30% van de pensioengrondslag belastingvrij apart zetten bij een bank, verzekeraar, of vermogensbeheerder. Van dit percentage moet het deel dat al in het bedrijfspensioen wordt gestort, in mindering worden gebracht.

Als de bedrijfspensioenpremie van een persoon bijvoorbeeld 18% bedraagt, kan diegene privé nog 12% van de pensioengrondslag reserveren. Deze privé-inleg wordt met eigen geld gedaan, maar kan bij de aangifte inkomstenbelasting worden afgetrokken van het belastbare inkomen. De uiteindelijke uitkering van het privé-pensioen zal belast zijn, maar veelal tegen een lager tarief.

Dit percentage van 12% (in dit voorbeeld) wordt ‘jaarruimte’ genoemd. De onbenutte jaarruimte van de afgelopen 10 jaar kan bij deze 12% worden opgeteld, met een maximum van ruim € 41.000,- per jaar (voor 2024).

Voordelen van een privé-pensioen

• Flexibiliteit in de uitkeringsfase: in tegenstelling tot bedrijfspensioen, dat levenslang wordt uitgekeerd, kan er bij een privé-pensioen worden gekozen voor een uitkeringsperiode van 5 tot 20 jaar. Dit kan vooral handig zijn voor iemand die een jongere partner heeft die tegelijk stopt met werken.
• Bescherming tegen vermogensrendementsheffing: het geld dat in het privé-pensioen wordt opgebouwd, valt buiten de vermogensrendementsheffing. Dit betekent dat er géén belasting betaald hoeft te worden over het vermogen boven de € 57.000,- (en € 114.000,- voor stellen).
• Voordeel voor nabestaanden: bij overlijden blijft het geld in het privé-pensioen beschikbaar voor nabestaanden. Dit in tegenstelling tot bedrijfspensioen, dat vaak vervalt aan de pensioenuitvoerder. Vanaf 2028 zal dit altijd het geval zijn. Mensen die nu vrijwillig extra in hun bedrijfspensioen bijdragen, kunnen overwegen om deze bijdragen om te zetten naar een privé-pensioen, zodat het geld altijd ‘in de familie’ blijft.

Heeft u vragen?

Heeft u vragen over de veranderde regelgeving rondom privé-pensioenopbouw? Neem dan contact met ons op via info@felixxwerkt.nl of 085-083 10 00.